Lauwersmeer

Het Lauwersmeer vormt een prachtig decor voor wie er met een groep op uit wil. Wijd, open water afgewisseld met smalle, meanderende slenken met ruige oevers. Varen, fietsen en wandelen kunnen op een mooie manier aan elkaar worden 'geknoopt'. Onderstaande programma's geven een beeld van hoe een dagtocht in het Lauwermeergebied er uit kan zien.
   

IMG 0043

Zout wordt zoet

De Zeeuwse watersnoodramp van 1953 was de aanleiding voor de bedijking van de Lauwerszee. De inham was in de tiende en de elfde eeuw door zware stormvloeden ontstaan. Voor die tijd was het water land. Kustbewoners probeerden vanaf de twaalfde eeuw stukken weggespoeld land te heroveren. Later zijn diverse inpolderingsplannen gemaakt, ook vanwege afwateringsproblemen en overstromingsgevaar. Maar geen van die plannen ging door.
In 1955 werd afsluiting opnieuw serieus overwogen. De Waddenzee kan tekeer gaan en vooral aan de oost- en zuidkant was de dijk tamelijk laag. Rijkswaterstaat stelde een dienst  Lauwerszeewerken in, die een voorstel moest doen voor verbetering van de veiligheid.
..........
Terwijl het eb was in de Lauwerszee, was het laatste caisson neergelaten in het sluitgat van de 13 kilometer lange nieuwe zeedijk. Dat was op 23 mei 1969. Daarna begon het ontginnen van het ingedijkte gebied. De zandplaten in het hart moesten nieuwe natuur worden. Bij Lauwersoog, Zoutkamp en Oostmahorn waren recreatiegebieden gepland. De boeren kregen de hogergelegen klei- en zwavelgronden langs de rand. In het noordoosten en zuidwesten zouden militaire oefenterreinen komen. En dan bleef er nog een groot meer over, het Lauwersmeer, dat al snel zoet werd doordat er Fries, Gronings en Drents boezemwater in werd gespuid.
..........
Een maand lang stonk het verschrikkelijk. Na de afsluiting van de Lauwerszee kon je de rotte lucht van drooggevallen mosselbanken, zeewier en afstervende kwelderplanten kilometers verderop nog ruiken. En het stikte van de muggen: een rit van Anjum naar Lauwersoog kon betekenen dat onderweg de autoruit moest worden schoongekrabd.


Bron: Kok, Annemarie /´Randland`/ 2001